LIJST VAN ‘HEBRAICA’

D. Snatich, Aan zijne medeonderwijzers houdende verslag wegens zijne theorie van straffen en belooningen ingevoerd bij de nieuwe Stads- en Armenscholen te Groningen (R.J. Schierbeek. Groningen, 1817).

D. Snatich, [Boek met een plan voor een schoolin­richting, 1818. Bron: NA AHC  inv. nr. 12 brief nr. 458 d.d. 31 mei 1818].

Isaac Jojada Cohen, Hulde aan de nagedachtenis van van den hoogleraar J.A. Uilkens. In het Hebreeuwsch met eene Hoogduitsche vertaling  (J. Oomkes, Groningen, 1825).

Abraham Levij Löwenstamm, Redevoering bij gelegenheid van de instelling van openlijke Gebeden na de groote Stormvloeden op den 3 en 4 februarij 1825 gehouden in de synagoge te Emden. Uit het Hoogduitsch. (C.L. Meijer. Groningen, 1825).

D. Snatich, Revue explicative des principes fondamenteaux et de béautes de la Langue Neerlandaise deel 1 (12 nrs. juli 1826-juni 1827), deel 2 (5 nrs., juli 1827-1829?) (Brussel, 1826 – 1829) [werk in maandelijkse afleveringen]

Hyman Hurwitz, Hebreeuwsche vertellingen, verzameld en vertaald uit de schriften der aloude Hebreeuwsche wijzen, benevens eene verhandeling over de ongewijde letterkunde der Hebreëers. Uit het Engels, met aanteke­ningen (W. van Boekeren. Groningen, 1828).

S.J. van Ronkel, Hebreeuwsche en joodsche Oudheden; bevattende eene korte beschrijving van de Instellingen, Kerkgewoonten en Gebruiken der oude joden; ten gebruike der scholen, en van meergevorderden (R.J. Schierbeek. Groningen, 1830).

Reglement van godsdienstige en ceremonieële orde, voor de Hoofdsijnagoge te Groningen (Groningen, 1831).

Isaac Jojada Cohen, Uitboezeming eens Hebreërs, na den tiendaagschen roemrijken Veldtogt, tegen den Vijand van Vorst en Vaderland. In het nederduitsch vrij gevolgd door S.J. van Ronkel (David Proops Jacobszoon. Amsterdam, 1831).

S.J. van Ronkel, Hebreeuwsch Gebed, opgesteld door den weleerwaarden heer S. Rosenbach, Opper-Rabbijn te Groningen [Hebreeuws], en in het Nederduitsch vertaald (Groningen, 1832).

S. Rosenbach, De Bever inhoudende de dertien geloofsartikelen der Israëlitische godsdienst (J. Oomkens. Groningen, 1832).

Is. Jojada Cohen, Boas und Ruth: biblisch historisches Drama in drei Aufzügen. Im hebräischen abgefasst und ins Deutsche übersetzt (Sulzbach und Sohn. Breslau, 1834).

S.J. van Ronkel, Woordenboek der Eigenamen; naar hunne eerste spelling en oorspronkelijke uitspraak, met eene korte beschrijving van de personen, landen en plaatsen in het Oude Testament voorkomende en voor het grootste gedeelte ook etymologisch behandeld (M. Smit. Groningen, 1835).